Biochemie - LFL242: Celmembranen en Lipiden
21 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat gebeurt er met de smelttemperatuur van een vetzuur als de ketenlengte toeneemt?

  • De smelttemperatuur kan stijgen. (correct)
  • De smelttemperatuur blijft gelijk.
  • De smelttemperatuur is alleen afhankelijk van de dubbele bindingen.
  • De smelttemperatuur neemt af.
  • Welke van de volgende vetzuren heeft het hoogste smeltpunt?

  • Laurinezuur
  • Linolzuur
  • Myristinezuur (correct)
  • Octaanzuur
  • Wat is de rol van cholesterolverbindingen in de celmembranen?

  • Ze verlagen de fluiditeit van het membraan. (correct)
  • Ze stimuleren de vorming van fosfolipiden.
  • Ze verhogen de permeabiliteit voor ionen.
  • Ze functioneren als glycoproteïnen.
  • Wat is een belangrijk kenmerk van glykolipiden in cellen?

    <p>Ze zijn betrokken bij celherkenning.</p> Signup and view all the answers

    Hoe beïnvloeden dubbele bindingen de smelttemperatuur van vetzuren?

    <p>Ze verlagen de smelttemperatuur.</p> Signup and view all the answers

    Wat is de rol van cholesterol in de celmembraan?

    <p>Voorkomt membraan rigiditeit bij lage temperaturen.</p> Signup and view all the answers

    Welke eigenschap hebben onverzadigde vetzuren ten opzichte van verzadigde vetzuren?

    <p>Bevatten meer dan één dubbele binding.</p> Signup and view all the answers

    Wat is een belangrijke functie van glycolipiden in cellen?

    <p>Dienen als markers voor cel-contact en immuunrespons.</p> Signup and view all the answers

    Wat beschrijft het mechanisme 'flip-flop' in membranen?

    <p>De transversale beweging van lipiden tussen de binnen- en buitenlaag van de membraan.</p> Signup and view all the answers

    Welk type vetzuur heeft 20 C-atomen en 2 dubbele bindingen?

    <p>Omega-3 vetzuur.</p> Signup and view all the answers

    Hoe draagt cholesterol bij aan de membraanfluïditeit bij hoge temperaturen?

    <p>Voorkomt te veel bewegingsvrijheid van de lipiden.</p> Signup and view all the answers

    Wat is een functie van membraanproteïnen?

    <p>Dienen als receptoren voor informatieoverdracht.</p> Signup and view all the answers

    Wat typeert de laterale beweging van lipiden in de membraan?

    <p>Thermische agitatie en Brownse beweging.</p> Signup and view all the answers

    Wat is de functie van verzadigde vetzuren in de structuur van fosfolipiden?

    <p>Ze zorgen voor stabiliteit van de dubbele laag.</p> Signup and view all the answers

    Welke eigenschap van de vetzuurst tail zorgt voor de opbouw van een dubbele fosfolipidenlaag?

    <p>De hydrofobe staart is slecht oplosbaar in water.</p> Signup and view all the answers

    Wat is een belangrijke rol van cholesterol in de celmembraan?

    <p>Het verhoogt de stabiliteit en structuur van de membraan.</p> Signup and view all the answers

    Welke structuur is verantwoordelijk voor het transport van nutriënten door de celmembraan?

    <p>Kanalen</p> Signup and view all the answers

    Wat zijn glycolipiden en welke rol spelen ze?

    <p>Ze zijn betrokken bij celherkenning.</p> Signup and view all the answers

    Wat is een kenmerk van meervoudig onverzadigde vetzuren?

    <p>Ze hebben meerdere dubbele bindingen.</p> Signup and view all the answers

    Welke eigenschap van de celmembraan maakt het mogelijk om nutriënten selectief te reguleren?

    <p>De dubbellaagsstructuur van fosfolipiden.</p> Signup and view all the answers

    Wat is de opbouw van een fosfolipide?

    <p>Twee vetzuur moleculen, coenzym A en glycerol-3-fosfaat.</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Biochemie - LFL242

    • De cursus behandelt biologische membranen en lipiden, kanalen en pompen.
    • De cursus is gegeven door Drs. Ing. Mark Siderius in 2024-2025.
    • Het cursusmateriaal behandelt celmembranen, inclusief hun kenmerken en functies.
    • Lipiden, waaronder fosfolipiden, glycolipiden en cholesterol zijn belangrijke componenten van membranen.
    • De rol van proteïnen in de membraan wordt beschreven.
    • De leerdoelen omvatten de rol en opbouw van celmembranen en de synthese en rol van lipiden in de membraan.
    • Celmembranen zijn samengesteld uit verschillende componenten, inclusief glycoproteïnen, glycolipiden, perifere membraanproteïnen, integrale membraanproteïnen, cholesterol, fosfolipide, en filamenten van het cytoskelet.
    • Membranen zijn aanwezig in cellulaire compartimenten zoals mitochondriën, peroxisomen, endoplasmatisch reticulum, kernmembraan, en lysosomen.
    • Membraanstructuren regelen nutriënten en andere stoffen.
    • Membraancomponenten zijn onder andere fosfolipiden (50%).
    • Fosfolipiden zijn opgebouwd uit een hydrofiele kop en hydrofobe staart.
    • De structuren van lipiden (geïsoleerd en samen) en hun effect op de smelttemperatuur worden verklaard.
    • Opsomming van vetzuren en hun smeltpunten: Octaanzuur (8:0), Decaanzuur (10:0), Laurinezuur (12:0), en Myristinezuur (14:0), Oliezuur (18:1), Linolzuur (18:2), en Alfalinoleenzuur (18:3).
    • Onverzadigde vetzuren (met dubbele bindingen, cis en trans) zijn essentieel voor de mens.
    • Omega-3 en omega-6 vetzuren zijn voorbeelden.
    • Glycolipiden helpen bij cel-cel contact en immuunreacties; het ABO-bloedgroepsysteem werkt met glycolipiden.
    • Cholesterol is belangrijk voor de stevigheid en permeabiliteit van membranen, het vormt "vet-vlotten", en voorkomt rigiditeit of fluïditeit afhankelijk van de temperatuur.
    • In de cursus worden verschillende soorten transportmechanismen besproken: uniporter, symporter en antiporter.
    • Transport kan actief of passief zijn; passief transport kost geen energie.
    • Kanaalgemedieerd transport is een passief proces terwijl transport door eiwitten kan zowel actief als passief zijn.
    • Er worden verschillende typen kanalen beschreven.
    • Actiepotentiaal is belangrijk voor communicatie tussen cellen, met inbegrip van de verschillende delen van een cel.
    • Een stimulus van een andere cel of een neuron veroorzaakt depolarisatie en openen van sommige Na+ kanalen die Na+ ionen naar binnen laten stromen.
    • Gap junctions verbinden cellen, maken intercellulaire communicatie mogelijk en synchroniseren van respons.
    • Secundaar actief transport maakt gebruik van opgebouwd potentiaal van primair actief transport.
    • Er zijn P-type ATPases, betrokken bij transport van H+, Na+, Ca2+, Cu2+, en zware metalen, en maken gebruik van hydrolyse van ATP.
    • ATP-binding cassette (ABC) transporters zijn belangrijk bij het transport van cholesterol, cortisol, en andere stoffen; het blokkeren kan dienen in de behandeling van ziektes.

    Inhoud

    • De cursus behandelt verschillende transportmechanismen.
    • De cursus behandelt de selectiviteit van kanalen.
    • De cursus behandelt actiepotentiaal.
    • De cursus behandelt transport van informatie, moleculen, en de werking van pompen.

    Even toetsen

    • Een vraag over verschil in celmembraan tussen arctische en tropische vissen.

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Description

    Deze quiz test je kennis over biologische membranen en lipiden. Onderwerpen omvatten de kenmerken en functies van celmembranen, de rol van lipiden, en de structuren van membraanproteïnen. Perfect voor studenten die de cursus Biochemie volgen onder leiding van Drs. Ing. Mark Siderius.

    More Like This

    Biological Membranes Overview Quiz
    10 questions
    Biological Membranes Overview
    29 questions
    Cell Membrane Structure Quiz
    40 questions
    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser