Athenasummary bestuursrecht

De gelaagde structuur van de Awb houdt in dat de wet is opgebouwd van algemene regels naar specifieke regels. De gelaagde structuur bespreekt dus de hiërarchie van wetgeving. Gelede normstelling daarentegen betreft de inhoudelijke regels die zijn vastgelegd in verschillende wetten en die samen van toepassing zijn op specifieke situaties.

Een bestuursorgaan is een orgaan van een publiekrechtelijke rechtspersoon dat bevoegd is om besluiten te nemen. Een a-orgaan is altijd bestuursorgaan, terwijl een b-orgaan alleen bestuursorgaan is wanneer het besluiten neemt.

Om te bepalen of een orgaan een bestuursorgaan is, moet worden nagegaan of het voldoet aan de voorwaarden van art. 1:1 Awb. Eerst wordt gekeken of er sprake is van een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld. Daarna wordt gekeken of het orgaan deel uitmaakt van die rechtspersoon. Tot slot wordt gecontroleerd of het orgaan niet is uitgezonderd in art. 1:1 lid 2 Awb.

De minister van Financiën is een a-orgaan in de zin van art. 1:1 lid 1 sub a Awb. Dit betekent dat de minister altijd bestuursorgaan is en dat de bepalingen van hoofdstuk 2 Awb altijd op hem van toepassing zijn.

De bepalingen van hoofdstuk 2 Awb over het handelen door bestuursorganen zijn altijd van toepassing op a-organen, omdat ze altijd bestuursorgaan zijn. Op b-organen zijn deze bepalingen alleen van toepassing bij het nemen van besluiten.

Ook sommige bepalingen uit hoofdstuk 3 Awb zijn van toepassing op a-organen, zelfs als het niet gaat om besluiten. Op b-organen is dit niet van toepassing, omdat ze alleen bestuursorgaan zijn bij het nemen van besluiten.

Een belanghebbende is een persoon die rechtstreeks bij een besluit betrokken is. Om belanghebbende te zijn, moet je een persoonlijk belang hebben dat rechtstreeks wordt geraakt door het besluit.

Piet is waarschijnlijk belanghebbende in de zin van art. 1:2 Awb. Hij heeft een rechtstreeks belang bij de vergunning voor de nieuwe koeienstal. Dit belang wordt direct beïnvloed door de beslissing van het college van burgemeester en wethouders.

Een orgaan dat bevoegd is om besluiten te nemen op grond van publiekrecht.

Een orgaan dat is ingesteld door een rechtspersoon krachtens publiekrecht, zoals een gemeente of provincie.

Een orgaan dat niet is ingesteld door een rechtspersoon krachtens publiekrecht, zoals de Tweede Kamer of de Staten-Generaal.

Een persoon of organisatie die rechtstreeks geraakt wordt door het besluit en die daarom het recht heeft om bezwaar aan te tekenen.

Het belang moet objectief bepaalbaar zijn, wat betekent dat het niet enkel een emotie mag zijn, maar gebaseerd moet zijn op feitelijke gevolgen.

Het belang moet persoonlijk zijn, wat betekent dat het niet enkel geldt voor iedereen, maar specifiek betrekking heeft op de belanghebbende.

Het belang moet eigen zijn, wat betekent dat de belanghebbende het belang zelf heeft en er niet voor iemand anders opkomt.

Het belang moet rechtstreeks betrokken zijn, wat betekent dat het besluit een direct effect heeft op de belanghebbende.

Het belang moet actueel zijn, wat betekent dat het probleem nu speelt en niet enkel in de toekomst.

Een schriftelijke beslissing die door een bestuursorgaan wordt genomen en rechtsgevolgen heeft voor een persoon of organisatie.

Een besluit dat gericht is op één of meer specifieke personen.

Een besluit dat van toepassing is op een algemene groep personen.

De afwijzing van een aanvraag voor een vergunning is een rechtshandeling met een beoogd rechtsgevolg.

Een handeling van een bestuursorgaan die gebaseerd is op een wettelijke grondslag en speciaal is bedoeld voor het openbaar bestuur.

Een situatie waarbij het bestuursorgaan een oordeel moet vellen gebaseerd op subjectieve factoren.

De mogelijkheid die een bestuursorgaan heeft om zelf te beslissen of het gebruik maakt van zijn bevoegdheid.

Een wettelijke bepaling waarbij het bestuursorgaan geen keuze heeft en de wet strikt moet volgen. De bevoegdheid is dus beperkt.

Een beslissing van een bestuursorgaan die een rechtsgevolg heeft voor een bepaalde persoon of organisatie.

Een algemene regel die voor iedereen geldt.

Een wettelijke bepaling die bepaalt dat een besluit in bezwaar kan worden aangevochten.

Een wettelijke bepaling die bepaalt dat er beroep mogelijk is bij de bestuursrechter.

De hoogste bestuursrechter in Nederland, bevoegd om te oordelen over geschillen met het UWV en andere bestuursorganen.

Een sanctie die het bestuursorgaan kan opleggen wanneer iemand een onrechtmatige toestand niet herstelt.

Een sanctie waarbij het bestuursorgaan zelf de onrechtmatige toestand herstelt.

Een overheidsbevoegdheid om regels te maken die in een specifiek gebied gelden.

De verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan om op te treden tegen overtredingen van de wet.

Een besluit van algemene strekking is een besluit dat niet gericht is op een specifiek persoon of zaak. Het is een algemene regel die voor iedereen geldt.

Een beschikking is een besluit dat gericht is op een specifiek persoon of zaak. Het heeft directe gevolgen voor die persoon of zaak.

Beleidsregels zijn algemene regels die door een bestuursorgaan worden vastgesteld om de uitoefening van zijn bevoegdheid te regelen. Deze regels geven aan hoe het bestuursorgaan in concrete gevallen zal handelen.

Het vertrouwensbeginsel houdt in dat een burger erop mag vertrouwen dat het bestuursorgaan zich aan zijn toezeggingen houdt. Dit kan een toezegging van een ambtenaar zijn, maar ook een eerdere handeling van het bestuursorgaan.

Een toezegging moet concreet zijn en gericht op een specifieke situatie. Algemene uitspraken of toelichtingen voldoen niet aan deze eis.

De toezegging moet toe te rekenen zijn aan het bestuursorgaan. Dit betekent dat de ambtenaar die de toezegging deed de bevoegdheid had om dit te doen, en dat de toezegging namens het bestuursorgaan is gedaan.

Het is belangrijk om te beoordelen of de ambtenaar die de toezegging deed, bevoegd was om namens het bestuursorgaan te handelen. Een ambtenaar die niet bevoegd is, kan het bestuursorgaan niet binden.

Als een bestuursorgaan beoordelingsruimte heeft, betekent dit dat het bestuursorgaan een bepaalde mate van vrijheid heeft om te beslissen hoe het een regel of wet toepast.

Als een bestuursorgaan beleidsruimte heeft, betekent dit dat het bestuursorgaan zijn beleid zelf kan bepalen. Dit kan betekenen dat het bestuursorgaan algemene regels vaststelt die niet in een wet zijn vastgelegd.

Bij beoordelingsruimte heeft het bestuursorgaan een zekere vrijheid om de wet toe te passen. De wet zelf geeft geen eenduidige richtlijn, waardoor het bestuursorgaan ruimte heeft om een beslissing te nemen.

Bij beleidsruimte heeft het bestuursorgaan meer vrijheid om zelf regels op te stellen. Deze regels hoeven niet in een wet te staan.

Een vergunningplicht betekent dat je voor het uitvoeren van een bepaalde handeling een vergunning moet aanvragen bij het bestuursorgaan. Het bestuursorgaan heeft dan de bevoegdheid om deze vergunning te weigeren.

Het bestuursorgaan moet bij het nemen van een besluit alle relevante belangen in acht nemen. Dit betekent dat het bestuursorgaan de belangen van de aanvrager moet afwegen tegen andere belangen.

B&W hebben art. 3:4 Awb geschonden door de belang van Rosa Steen bij lichtinval in haar huis niet mee te wegen. De bomenverordening schrijft weliswaar voor dat een vergunning niet wordt verleend voor het kappen van monumentale bomen, tenzij de bomen ziek zijn of gevaarlijk; er is echter geen sprake van een exclusieve bevoegdheid en dus dienen alle relevante belangen meegewogen te worden, waaronder de belangen van de aanvrager.

De plicht van een bestuursorgaan om regels te handhaven, omdat het het algemeen belang vertegenwoordigt.

Een uitzondering op de handhavingsplicht waarbij handhaving niet nodig is omdat de situatie legaal kan worden gemaakt.

Een uitzondering op handhavingsplicht waarbij handhaving te veel nadelen heeft ten opzichte van de voordelen.

Een wettelijke mogelijkheid om de overtreder te dwingen een overtreding te herstellen.

Een wettelijke mogelijkheid om de overtreder een boete op te leggen als hij de overtreding niet herstelt.

De bevoegdheid van een bestuursorgaan om een last onder dwangsom op te leggen, als het ook bevoegd is om een last onder bestuursdwang op te leggen.

Het college van burgemeester en wethouders heeft de bevoegdheid om een last onder dwangsom op te leggen als het de regels handhaaft die het zelf uitvoert.

Een persoon die een wettelijke regel heeft overtreden.

De plicht om direct een overtreding te herstellen.

De mogelijkheid voor de overtreder om toekomstige overtredingen te voorkomen.

Publiekrecht mag niet onaanvaardbaar doorkruist worden door privaatrecht.

Het gebruik van privaatrecht door de overheid mag niet tot misbruik van bevoegdheid leiden.

De overheid moet zich bij privaatrechtelijke overeenkomsten houden aan beginselen van behoorlijk bestuur.

Schakelbepalingen verbinden publiekrecht en privaatrecht.

Een overeenkomst tussen de overheid en een andere partij, met een publiekrechtelijk doel.