CS3: Armoede, criminaliteit en relatieve deprivatie

Anomie duidt op de kloof tussen de doelstellingen van de samenleving en de middelen om ze te bereiken

Conformiteit

Innovators

Ze volgen wat er in de samenleving gebeurt, ongeacht stabiliteit of instabiliteit

Anomie (strain)

Conformisten volgen wat er in de samenleving gebeurt, terwijl innovators nieuwe manieren zoeken om inkomen te genereren

Het afwijzen van culturele doelstellingen en geaccepteerde middelen om deze te bereiken

Spanning tussen doelstellingen van de samenleving en de middelen om ze te bereiken

Illegitieme reacties

Subtiel geweld zoals bedreigingen en afpersing

Terugtrekkend gedrag van verslaafden en daklozen

Door de beschikbaarheid van criminele activiteiten in de buurt

Gebrek aan empirische basis en verwijzingen naar statistieken

Spanning tussen doelstellingen en middelen verminderen

Inbrekers die blijven bestaan ondanks de legaliteit van hun acties

Terugtrekken uit de samenleving

Ze zijn tevreden met hun middelen

Het afwijzen van doelen en middelen en het kiezen van nieuwe doelen en middelen

Ongelijkheid tussen waarden van middenklasse en lagere klasse

Ambities, individuele verantwoordelijkheid, toekomstplanning en rationaliteit

'College boy' en 'corner boy'

'Deviant' is een theorie zonder biologische achtergrond over deviant gedrag

'Mensen die zich terugtrekken uit de samenleving'

Omdat het als een spel of sport wordt gezien

Om erkenning en isolatie te verkrijgen

Autonome eenheid met sterke groepsloyaliteit en veel macht voor de groep

Groeien in gebieden met loze autoriteit

De historische context van de naoorlogse periode en economische groei

Een gevoel van solidariteit en loyaliteit

Uitsluitend spanning en antagonisme

Delinquentie

Hedonisme op lange termijn en aansprakelijkheid

Conformiteit

Innovatie

Spanning tussen culturele doelstellingen en geïnstitutionaliseerde middelen

Conformiteit

Ze geven op en trekken zich terug

Ze zijn innovatief in hun benadering

Rebellie

Het afwijzen van maatschappelijke doelen en middelen, en het kiezen van nieuwe doelen en middelen

Door gebrek aan toegang tot legale wegen om succes te bereiken

Het onderzoeken van deviant gedrag zonder biologische achtergrond

Het afzijdig blijven van zowel maatschappelijke doelen als de geaccepteerde middelen om deze te bereiken

Delinquente benden

'Innovatie' buiten de wet

Omdat stelen aanzien en respect oplevert in een subcultuur

Ze houden geen rekening met de invloed van subculturen op criminaliteit.

De discrepantie tussen maatschappelijke doelen en de beschikbare middelen om ze te bereiken.

Ze hebben hun eigen normen en waarden die afwijken van de dominante cultuur.

'Deviant' is een begrip dat wordt gebruikt om na te denken over afwijkend gedrag binnen een specifieke cultuur of subcultuur.

Stelen biedt een manier om status en erkenning te verkrijgen binnen delinquente groepen.

Een gebrek aan kansen om legitiem succesvol te zijn in de samenleving.

'Individuen' kan slaan op zowel legitieme als illegitieme reacties op anomie.

Het leidt tot erkenning en isolatie

Een zelfstandige identiteit en een gevoel van solidariteit

Protest tegen de dominante cultuur

Economische groei en historische context

De complexiteit van deviant gedrag

Protest tegen de dominante cultuur

'Autonome eenheid, met sterke groepsloyaliteit'

'Marginalen' volgens Merton

'Spanning tussen doelstellingen en middelen'

'Conformisten' volgens Merton

True

True

False

True

True

True

True

True

False

False

False

False

False

False

False

False

False

False

True

True

True

False

False

False

True

False

True

False

True

False

True

True

False

False

False

False

True

True

True

False

False

True

False

False

omdat het spannender is

om erkenning en isolatie te verkrijgen, en om normen van de dominante cultuur om te keren

jongeren uit gebroken gezinnen of gebieden met loze autoriteit

het heeft invloed op de relatie tussen criminaliteit en subculturen

een zelfstandige identiteit en een gevoel van solidariteit en loyaliteit

de idee dat er alleen spanning of antagonisme is tussen culturen

hun versatiliteit en hedonisme op korte termijn

jongeren uit gebroken gezinnen of gebieden met loze autoriteit

als een manier om normaal gedrag te vertonen, ondanks omgekeerde normen van de dominante cultuur

rebellie

dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen legitieme en illegitieme reacties op anomie

innovatie buiten de wet

Anomie wordt door Robert Merton gedefinieerd als normloosheid, waarbij er een spanning ontstaat tussen de culturele doelstellingen van de samenleving en de geïnstitutionaliseerde middelen om deze doelstellingen te bereiken.

Conformiteit houdt in dat individuen zich conformeren aan de doelstellingen van de samenleving en voldoende middelen hebben om deze doelstellingen te bereiken, ongeacht de stabiliteit van de samenleving.

Innovatie wordt gekenmerkt door personen die de culturele doelstellingen accepteren, maar andere middelen zoeken om deze te bereiken. Zij zijn innovatief in hun benadering, zoals het zoeken naar nieuwe manieren van inkomen of het vinden van niche markten.

Merton beschrijft de spanning als een kloof tussen de (culturele) doelstellingen van de samenleving, zoals materieel succes nastreven, en de (geïnstitutionaliseerde) middelen om deze doelstellingen te realiseren. Deze kloof leidt tot groeiende spanning en anomie (strain).

Merton publiceerde 'Social Structure and Anomie' in 1938, waarin hij een nieuwe interpretatie van het concept anomie ('strain') presenteerde.

De reactiewijzen op anomie volgens Merton zijn conformiteit, innovatie, ritueelisme, terugtrekking en rebellie.

Het belangrijkste verschil is dat conformisten de geaccepteerde doelstellingen van de samenleving nastreven met legitieme middelen, terwijl innovators dezelfde doelstellingen nastreven maar andere, vaak illegitieme, middelen gebruiken.

Mensen reageerden op de economische neergang door creatief te worden en nieuwe manieren van inkomen te zoeken, zoals binnenlandse migratie en innovatieve benaderingen in sectoren zoals technologie.

Ritualisme is een situatie waarbij individuen de culturele doelen afwijzen, maar vasthouden aan de geaccepteerde middelen om deze doelen te bereiken.

Sociaal handelen verwijst naar het gedrag dat individuen vertonen als reactie op spanning in de samenleving, waarbij ze in een patroon van sociaal handelen terechtkomen.

Mensen die zich terugtrekken uit de samenleving zijn typisch niet geïnteresseerd in culturele doelstellingen, maar zijn wel tevreden met hun middelen.

Marginalen rebellie is een reactiewijze waarbij mensen de doelen en middelen afwijzen en hun eigen nieuwe doelen en middelen kiezen.

Deze ongelijkheid leidt tot statusfrustratie bij jongeren, die vervolgens hun eigen leefwereld creëren.

Middenklasse waarden omvatten onder andere ambities, individuele verantwoordelijkheid, ontwikkeling van vaardigheden, uitstel van voldoening aan directe behoeften, toekomstplanning en rationaliteit.

Voorbeelden van reactiewijzen op statusfrustratie zijn college boy en corner boy.

Deviant gedrag wordt benaderd zonder biologische achtergrond, waarbij de dominante theorie stelt dat sociale impulsen gecontroleerd moeten worden.

Ontevreden mensen zijn individuen die ontevreden zijn met hun situatie, zoals beschreven in het werk van Loman.

Een voorbeeld hiervan is Al Capone, die ondanks zijn criminele activiteiten over de juiste middelen beschikte.

Innovatie buiten de wet wordt geïllustreerd door het bestaan van criminaliteit wanneer legale wegen niet effectief werken, zoals bij inbrekers en hun ritualisme.

De subculturen kunnen de keuzevrijheid van individuen om criminele activiteiten te plegen sterk beperken. Afhankelijk van de subcultuur waarin iemand zich bevindt, zal het type criminele activiteit en de mate van deelname aan criminaliteit verschillen. Dit beperkt de individuele keuzevrijheid in termen van welke soort criminele activiteit gepleegd kan worden.

Retraite is een reactiewijze op anomie waarbij individuen zich terugtrekken uit de samenleving. Dit wordt gekenmerkt door een gebrek aan deelname aan zowel legitieme als illegitieme activiteiten.

De beschikbaarheid van criminele activiteiten is afhankelijk van de aanwezigheid van bepaalde subculturen in de buurt. Als criminele subculturen ingeboren en stabiel zijn in een bepaalde buurt, creëert dit een vruchtbare omgeving voor jongeren om deel te nemen aan criminele activiteiten.

Volgens R. Merton is een mogelijke beleidsimplicatie het verminderen van de spanning tussen doelstellingen en middelen, door ofwel de middelen aan te passen ofwel de doelstellingen aan te passen. A. Cohen benadrukt het vermijden van subcultureel gedrag en het bieden van gelijke kansen aan iedereen om deel te nemen aan de samenleving.

Met 'strain' verwijst Robert Merton naar de spanning tussen culturele doelstellingen en geïnstitutionaliseerde middelen om deze doelen te bereiken. Dit kan leiden tot anomie en verschillende reactiewijzen op anomie.

'Marginalen rebellie' is een reactiewijze op anomie waarbij individuen de doelstellingen van de samenleving afwijzen en nieuwe doelen en middelen kiezen. Ze streven naar een fundamentele verandering van de samenleving en haar doelen.

Delinquentie in groepen wordt gezien als een manier om normaal gedrag te vertonen volgens de normen van de dominante cultuur. Dit kan leiden tot verschillende vormen van criminele activiteiten, afhankelijk van de subcultuur waarin de groep zich bevindt.

Voorbeelden van reactiewijzen op statusfrustratie zijn onder andere innovatie, retraite, rebellie en conformiteit. Elk van deze reactiewijzen vertegenwoordigt een andere manier waarop individuen omgaan met de spanning tussen doelen en middelen in de samenleving.

Innovators zijn personen die de culturele doelstellingen accepteren, maar andere middelen zoeken om deze doelstellingen te bereiken. Dit kan resulteren in criminele activiteiten wanneer de gekozen middelen buiten de wettelijke normen vallen.

Een mogelijke reactiewijze op anomie is het volgen van wat er in de samenleving gebeurt, ongeacht of deze stabiel of instabiel is. Dit kan resulteren in verschillende vormen van deelname aan criminele activiteiten, afhankelijk van de beschikbare subculturen in de omgeving.

Een kritiek op de anomietheorieën is dat ze een overconcentratie hebben op bepaalde vormen van criminaliteit en specifieke groepen van jongeren viseren. Hierdoor bieden ze mogelijk geen alomvattende verklaring voor alle vormen van crimineel gedrag.

De keuze om criminele activiteiten te plegen wordt sterk beïnvloed door de blootstelling aan bepaalde subculturen die in de wijk aanwezig zijn. Als een bepaalde subcultuur sterker aanwezig is, is de kans groter dat jongeren in die subcultuur terechtkomen en deelnemen aan criminele activiteiten.

Émile Durkheim = Concept van anomie Robert Merton = Anomietheorie

Woelige jaren 30; zwarte tijd, crash na roaring 20’s = Social Structure and Anomie 1938 Economische neergang door beurscrash = Social Structure and Anomie 1938

Conformiteit = Volgen wat er in de samenleving gebeurt, ongeacht of deze stabiel of instabiel is Innovatie = Nastreven van doelstellingen maar andere middelen zoeken om deze te bereiken

Makkelijk te bereiken in de jaren 20, moeilijker door economische crisis = Culturele doelstellingen Niet individueel gemaakt, maar overgenomen van de samenleving = Culturele doelstellingen

Innovatie buiten de wet = Criminaliteit blijft bestaan als legal niet werkt Sociaal handelen = Reactie op spanning, zitten nu in een patroon van sociaal handelen Mensen die zich terugtrekken uit de samenleving = Typisch voor mensen die niet geïnteresseerd zijn in culturele doelstellingen Mislukkingen uit de samenleving = Marginalen rebellie, doelen en middelen afwijzen en eigen nieuwe doelen en middelen kiezen

Subculturen en criminaliteit = Ongelijkheid tussen waarden leidt tot statusfrustratie, waarbij jongeren hun eigen leefwereld creëren Middenklasse waarden = Ambities, individuele verantwoordelijkheid, ontwikkeling van vaardigheden, uitstel van voldoening aan directe behoeften Reactie op statusfrustratie = Verschillende reactiewijzen zoals college boy en corner boy Sociale structuur = Sociale druk en reacties, voorbeelden: sociale orde en conformiteit

Deviant gedrag = Manier om na te denken over deviant gedrag zonder biologische achtergrond Ontevreden mensen = Individuen die ontevreden zijn met hun situatie Mensen die niet kunnen werken naar de doelen maar wel de juiste middelen hebben = Voorbeeld: Al Capone Innovatie buiten de wet = Voorbeeld: inbrekers en hun ritualisme

Anomietheorieën = Theorieën die de relatie tussen spanning en criminaliteit onderzoeken Subculturen = Groepen met eigen normen en waarden die afwijken van de dominante cultuur Reactiewijzen op anomie = Verschillende manieren waarop individuen reageren op spanning in de samenleving Criminal subculture = Een stabiele, georganiseerde criminele groep met duidelijke hiërarchie

Retreatist subculture = Terugtrekkende subcultuur, zoals verslaafden en daklozen Conflict subculture = Subcultuur waarin groepen tegen elkaar vechten om dominantie Ritualisme = Reactiewijze waarbij individuen de doelstellingen van de samenleving accepteren maar de middelen niet hebben om ze te bereiken Innovatie = Reactiewijze waarbij individuen nieuwe manieren vinden om doelstellingen te bereiken, vaak buiten de wet om

R. Merton = Spanning tussen doelstellingen en middelen verminderen ofwel middelen aanpassen ofwel doelstellingen aanpassen A. Cohen = Vermijden van subcultureel gedrag en gelijke kansen bieden aan iedereen R. Cloward & L. Ohlin = Vermeerdering van legitieme reactiewijzen in de samenleving Differentialiteit van Sutherland = Theorie die verschillen in crimineel gedrag verklaart op basis van differentiële associatie, differentiële versterking en differentiële imitatie

Stelen wordt gezien als een soort spel of sport, maar dat is niet heel waar = Stelen als spel of sport Subculturen zijn gekarakteriseerd door hun versatiliteit en hedonisme op korte termijn = Kenmerkend voor subculturen De bende biedt jongeren een zelfstandige identiteit en een gevoel van solidariteit en loyaliteit = Rol van de bende voor jongeren Delinquenten stelen om erkenning en isolatie te verkrijgen, en om normen van de dominante cultuur om te keren = Redenen voor stelen door delinquenten

Conformiteit = Accepteren van doelstellingen en hebben van middelen Innovatie = Accepteren van doelstellingen, maar andere middelen zoeken Ritualisme = Accepteren van middelen, maar niet meer gericht op doelstellingen Rebellie = Verwerpen van doelstellingen en middelen

Naoorlogse periode en economische groei = Invloed op relatie tussen criminaliteit en subculturen Economische neergang en kloof tussen doelstellingen en middelen = Reactie op statusfrustratie Gebroken gezinnen of gebieden met loze autoriteit = Aantrekking van jongeren tot benden Dominante cultuur met omgekeerde en verwerpenswaardige normen = Omgekeerde norms van dominante cultuur

Autonome eenheid, sterke groepsloyaliteit, veel macht voor de groep = Kenmerken van delinquente benden Gezien als manier om normaal gedrag te vertonen ondanks omgekeerde norms van dominante cultuur = Rol van delinquente benden Mogelijke reactiewijze op anomie volgens tekst = Reactie van delinquente benden op anomie Aanbieden van erkenning, isolatie, solidariteit en loyaliteit aan jongeren = Rol van delinquente benden voor jongeren