Algemene Bijwerkingen van Medicatie
10 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Welke bijwerking is NIET typisch voor de werking van cytostatica?

  • Schade aan gezonde cellen
  • Maagdarmklachten
  • Verhoogde eetlust (correct)
  • Overgevoeligheidsreactie
  • Wat is een belangrijk voordeel van sublinguale toediening in vergelijking met orale toediening?

  • Medicijn komt sneller in de lever
  • Beter voor maag-darmklachten
  • Medicijn bypasses de lever (correct)
  • Toegankelijker voor kinderen
  • Welke van de volgende medicijnen veroorzaakt waarschijnlijk obstipatie als bijwerking?

  • Antibiotica
  • Antihistaminica
  • ACE-remmers
  • Verapamil (correct)
  • Welke toedieningswijze is specifiek bedoeld voor lokaal effect zonder in de bloedbaan te komen?

    <p>Dermaal</p> Signup and view all the answers

    Wat is een mogelijke oorzaak van stimulering van overgevoeligheidsreacties bij medicijngebruik?

    <p>Immunoglobinen tegen het geneesmiddel</p> Signup and view all the answers

    Bij welke toedieningswijze is er sprake van een oplossend effect via de huid en vervolgens systemische opname?

    <p>Transdermaal</p> Signup and view all the answers

    Welke bijwerking is een gevolg van een verkeerd aangrijpingspunt op receptoren?

    <p>Droge hoest</p> Signup and view all the answers

    Wat zijn mogelijke gevolgen van te hoge concentratie van een medicijn in het lichaam?

    <p>Obstipatie en anorexie</p> Signup and view all the answers

    Wat is een nadelig effect van intraveneuze toediening?

    <p>Hogere kans op infectie</p> Signup and view all the answers

    Bij welk van de volgende medicijnen is het gebruik van de stof mogelijk toxisch voor goede cellen?

    <p>Cytostatica</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Algemene bijwerkingen van medicatie

    • Te sterke werking:

      • Kan leiden tot hypertensie (te hoge bloeddruk) of hypotensie (te lage bloeddruk).
      • Kan stollingsproblemen of bloedingen veroorzaken.
      • Kan obstipatie of diarree veroorzaken.
    • Verkeerd aangrijpingspunt:

      • Medicijnen kunnen op ongewenste plekken in het lichaam aangrijpen en verkeerde werking veroorzaken.
      • Receptoren: Medicijnen kunnen aan de verkeerde receptoren binden en zo ongewenste effecten veroorzaken.
      • Enzymen: Medicijnen kunnen de activiteit van enzymen beïnvloeden, bijvoorbeeld ACE-remmers die bradykinine (vocht uit bloedvaten) blokkeren, wat kan leiden tot droge hoest.
      • Ionkanalen: Medicijnen zoals verapamil (calciumblokker) kunnen ionkanalen beïnvloeden, wat kan leiden tot spierontspanning en darmwandontspanning, maar ook tot obstipatie.
      • Transporteiwitten: Medicijnen kunnen de werking van transporteiwitten beïnvloeden.
    • Toxische geneesmiddelen:

      • Cytostatica zijn een voorbeeld van toxische geneesmiddelen die vaak bij kanker worden gebruikt.
      • Ze richten zich op slechte cellen, maar kunnen ook schadelijke effecten hebben op gezonde cellen.

    Meest voorkomende bijwerkingen

    • Maagdarmklachten:

      • Onnatuurlijk hoge concentratie medicijn in de maag kan misselijkheid, anorexie (lage eetlust) en diarree veroorzaken.
    • Overgevoeligheidsreactie:

      • Het lichaam kan immunoglobinen (antistoffen) tegen een geneesmiddel ontwikkelen.
      • De eerste keer is de reactie vaak lokaal, maar bij een tweede blootstelling kan een systematische reactie optreden.

    Toedieningswegen - Systemisch

    • Oraal:

      • Medicijnen worden via de mond ingenomen.
      • De lever verwerkt de medicijnen voordat ze in het bloed terechtkomen, waardoor de werkzame stof minder sterk is.
    • Sublinguaal (onder de tong):

      • Medicijnen worden onder de tong toegediend.
      • Het medicijn komt direct in de bloedbaan terecht, zonder te worden verwerkt door de lever.
    • Parentaal:

      • Medicijnen worden buiten het maag-darm stelsel toegediend.
      • Subtucaal (s.c.): Injectie onder de huid, in het vetweefsel.
      • Intraveneus (i.v.): Injectie in een bloedvat.
      • Intramusculair (i.m.): Injectie in de spier.
    • Rectaal:

      • Medicijnen worden via de anus toegediend.
      • De werkzame stof komt in het bloed zonder door de lever te gaan.

    Toedieningswegen - Lokaal

    • Dermaal:

      • Medicijnen worden via de huid toegediend.
      • Lokaal: Medicijnen worden alleen op de huid aangebracht.
      • Transdermaal: Medicijnen doordringen de huid en komen in de bloedcirculatie terecht.
    • Pulmonaal:

      • Medicijnen worden via de longen toegediend (pufjes).
    • Vaginaal:

      • Medicijnen worden vaginaal toegediend.
    • Nasaal:

      • Medicijnen worden via de neus toegediend (neusspray).
    • Oculair:

      • Medicijnen worden via het oog toegediend.

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Description

    Dit quiz behandelt de algemene bijwerkingen van medicatie en de mechanismen waardoor deze bijwerkingen optreden. We zullen het hebben over de te sterke werking van medicijnen, het verkeerde aangrijpingspunt, en de invloed op receptoren, enzymen, ionkanalen en transporteiwitten. Test je kennis over deze belangrijke onderwerpen!

    More Like This

    Adverse Effects of Medication
    10 questions

    Adverse Effects of Medication

    FastGrowingAlmandine avatar
    FastGrowingAlmandine
    Pharmacology Overview and Medication Effects
    51 questions
    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser