Geschiedenis van Griekenland: Forum-Hoofdstuk-7 PDF

Summary

Dit document behandelt de geschiedenis van Griekenland, met een focus op de Myceense beschaving en de Archaïsche periode. Het bespreekt belangrijke gebeurtenissen, zoals de opkomst van steden-staten en de rol van figuren zoals Solon en Pisistratus. De document beschrijft de sociale en politieke ontwikkelingen in de Griekse poleis.

Full Transcript

## 7 Geschiedenis ### Griekenland #### 1 De Myceense Beschaving: 1600-1200 v. Chr. - In 1876 ontdekte de Duitse amateur-archeoloog Heinrich Schliemann in Mycene op de Peloponnesus de resten van een oude beschaving. - In een graf dat hij vond, ontdekte hij een gouden dodenmasker. - Volgens de over...

## 7 Geschiedenis ### Griekenland #### 1 De Myceense Beschaving: 1600-1200 v. Chr. - In 1876 ontdekte de Duitse amateur-archeoloog Heinrich Schliemann in Mycene op de Peloponnesus de resten van een oude beschaving. - In een graf dat hij vond, ontdekte hij een gouden dodenmasker. - Volgens de overlevering zou Schliemann in een telegram aan de Griekse koning hebben beweerd dat hij Agamemnon in het gezicht had gezien, maar dit telegram is nooit verstuurd. - De vondsten van Schliemann waren afkomstig uit de 16e eeuw v. Chr., terwijl de Trojaanse oorlog, zo deze ooit heeft plaatsgevonden, aan het begin van de 12e eeuw v. Chr. gedateerd moet worden. - Desondanks bewees Schliemann met zijn vondsten dat er zowel in Mycene als in Troje hoog ontwikkelde beschavingen hadden bestaan, lang voor de bloeiperiode van het klassieke Griekenland. - De ontdekkingen van Schliemann betekenden een revolutie in de oude geschiedenis. - De wereld van Homerus' Ilias en Odyssee bleek een tastbare historische achtergrond te hebben. - De Myceners waren Grieken die rond 2000 v. Chr. vanuit het noorden het land binnengevallen waren. - De Myceners onderwierpen de oorspronkelijke bewoners, maar namen veel van hen over. - Door contacten met het hoogontwikkelde Kreta brak omstreeks 1600 v. Chr. een periode aan van grote bloei voor de Myceners. - Deze periode noemen we de Myceense beschaving. - Mycene, een van de belangrijkste machtscentra uit die tijd, gaf naam aan de beschaving. - De Myceners veroverden de hoofdstad van Kreta, Knossos, en vestigden hun macht op het eiland. - Met Egypte en Klein-Azië bestonden handelscontacten. - De Myceners waren een krijgshaftig volk. - De resten van hun burchten getuigen van hun krijgshaftigheid. - De vorsten waren behoorlijk rijk. - De Myceense beschaving ging omstreeks 1200 v. Chr. ten onder. - De oorzaak is niet helemaal duidelijk, maar een combinatie van factoren wordt genoemd: een zwakkere economie, onderlinge rivaliteit tussen de verschillende vorsten, en vijandelijke invallen vanuit het noorden. - In de loop van de 11e eeuw v. Chr. eindigde de Myceense beschaving. - De burchten werden verlaten. - De politieke structuur verdween. - Het schrift raakte vergeten. - Nieuwe groepen Grieken drongen vanuit het noorden het land binnen. - De belangrijksten onder hen waren de Doriërs. - De Doriërs vestigden zich onder andere op de Peloponnesus, waar zij de oorspronkelijke bevolking tot horigen maakten. - Veel Grieken namen in deze periode de wijk naar de eilanden in de Egeïsche Zee en naar de westkust van Klein-Azië. #### 2 De Archaïsche tijd: 750-500 v. Chr. - De Archaïsche tijd was een periode van duidelijke opleving na de donkere eeuwen. - De opleving begon in de steden aan de kust van Klein-Azië. - De bevolking groeide. - We zien een toenemende kwaliteit in de keramiek, de beeldhouwkunst en de architectuur. - De Grieken begonnen weer te schrijven. - De Grieken ontwikkelden een eigen alfabet, gebaseerd op dat van de Feniciërs. - De oudst bekende inscripties in dit nieuwe schrift dateren uit de eerste helft van de achtste eeuw. - In de Archaïsche tijd kwamen enkele ontwikkelingen op gang die een bepalende invloed hadden in de volgende eeuwen. - In de Myceense tijd lag het bestuur in handen van koningen. - In de donkere eeuwen hadden deze koninkrijken plaatsgemaakt voor kleine gemeenschappen, met de sterkste als leider. - In de Archaïsche periode nam het gevoel een eenheid te zijn, de 'polis', toe. - De 'polis' kon een bergdal, een kustvlakte, of een eilandje omvatten. - De bewoners beschouwden zichzelf als een eenheid en waren onafhankelijk. - Sommige poleis (meervoud van polis) ontwikkelden zich tot relatief machtige stadstaten: Sparta, Argos en Corinthe op de Peloponnesus, Athene in Attica, Thebe in Boeotië, Milete en Ephese aan de Jonische kust, en van de eilanden Samos. - In de meeste poleis maakte een kleine groep aristocraten de dienst uit. - De rijke aristocraten bezaten het land en ook de militaire macht. - Zij waren in staat een paard en een dure wapenrusting te bekostigen. - De bevolkingsgroei dwong de poleis tot gebiedsuitbreiding. - Sparta onderwierp Lakonië en Messenië. - Argos bracht de Argolis onder zijn macht. - Athene voegde geheel Attica aan de polis toe. - Langs de kusten van de Middellandse Zee en de Zwarte Zee ontstonden tal van nederzettingen, 'koloniën'. - Deze koloniën waren onafhankelijk van hun moedersteden. - Over en weer bestond handel. - De koloniën leverden een belangrijke bijdrage aan de verspreiding van de Griekse cultuur. - De ontwikkelingen van de handel hadden veranderingen teweeggebracht in de sociale verhoudingen binnen de poleis: - De verschillen in rijkdom namen toe. - De echt rijken, die veel land bezaten, gedroegen zich als 'adel'. - De echt rijken hadden de macht vaak in handen. - De spanningen tussen de aristocraten namen toe. - Rivaliserende families en personen betwistten elkaar de macht. - Dit leidde vaak tot een staatsgreep. - Een lid van de aristocratie greep met geweld de macht: de turannos. - Het bewind van een turannos heette turannis. - Sommige turannoi hebben veel voor hun stad gedaan, zowel op economisch als op cultureel gebied. - Twee beroemde tirannen waren: - Periander van Corinthe - Polycrates van Samos. - Na twee, of hooguit drie generaties was het met de turannis meestal afgelopen. - In veel steden kwamen weer oligarchieën aan de macht. - In sommige poleis gingen de ontwikkelingen in de richting van democratie. #### Athene in de Archaïsche tijd - In de 2e helft van de 7e eeuw v. Chr. bestonden ook in Athene grote spanningen. - Deze spanningen vonden plaats tussen de rijken en de armen, en tussen de aristocratische families onderling. - Rond 620 v. Chr. werd door een bepaalde Draco een eerste poging gedaan het eigenmachtig optreden van de aristocraten enigszins in te perken. - Draco legde een aantal rechtsregels schriftelijk vast. - De strengheid van deze wetten werd spreekwoordelijk. - We spreken nog steeds van 'draconische wetten' wanneer we willen aangeven dat wetten wel erg hardvochtig zijn. - De bestaande spanningen werden niet opgelost. - Veel arme Atheners raakten in de macht van de adel doordat ze hun schulden niet meer konden betalen - Omdat ze hun persoon als onderpand hadden gegeven, werden arme Atheners in slavernij verkocht, wanneer ze hun schulden niet konden betalen. - Zo werden veel arme Atheners naar het buitenland verkocht - Een staatsgreep leek onvermijdelijk. - Daarom kreeg Solon, een man die in brede kring in aanzien stond, omstreeks 590 v. Chr. speciale volmachten - Solon voerde een aantal hervormingen door, die een eerste basis legden voor de latere democratie. - De hervormingen van Solon waren: - De 'seisachtheia', de 'afschudding van de schulden': alle schulden werden kwijtgescholden, de schuldslaven werden vrijgelaten en degenen die al naar het buitenland verkocht waren, werden teruggekocht. - Voortaan was het Atheense burgers niet meer toegestaan leningen te sluiten met het eigen lichaam als onderpand - De Atheense burgerij werd verdeeld in vier vermogensklassen. - Het bezit werd de doorslaggevende factor voor invloed. - De geboorte was geen doorslaggevende factor voor invloed. - De positie van de volksvergadering, de 'ekklesia', waarin alle burgers, ook de aller-armsten zitting hadden, werd versterkt. - De volksvergadering koos voortaan de hoogste magistraten, de archonten. - De volksvergadering fungeerde als rechtbank in zaken van hoger beroep en in processen tegen archonten. #### De Problemen waren echter niet voorbij. - De elite bleef een overheersende rol spelen - De hoogste ambten waren alleen toegankelijk voor de rijkste klassen - In economisch opzicht was weinig veranderd - De armen bleven arm. - Solon had niet durven overgaan tot een herverdeling van het land, waarop de armste Atheners hadden gehoopt. - Zo kwam het tenslotte tot de gevreesde staatsgreep. - Pisistratus probeerde in 546 v. Chr. twee keer de macht te grijpen, maar faalde. - In 546 v. Chr. slaagde Pisistratus er in de macht meester te maken. - Hij werd geholpen door vrienden en door huurlingen van buiten Athene. - Het 'volk' stond achter hem. - De wetgeving van Solon bleef van kracht onder Pisistratus. - Het regime van Pisistratus was tamelijk mild. - De wetgeving van Solon bleef van kracht. - Kleine boeren die geen land (meer) hadden, werden gesteund met leningen en misschien ook met grond. - Door reorganisatie van enkele religieuze feesten, zoals de Panathenaeën ter ere van Pallas Athene en de Dionysia ter ere van Dionysus, stimuleerde Pisistratus het nationale gevoel. - Zijn bouwactiviteiten boden aan velen werkgelegenheid. - Daarnaast werden arme burgers waarschijnlijk als huurlingen in dienst genomen. - De wijn- en olijfbouw kwamen tot ontwikkeling, alsmede de export van olijfolie. - De Atheense keramiek bereikte een hoog niveau. #### Pisistratus werd in 528 v. Chr. opgevolgd door zijn zoons Hippias en Hipparchus. - In 514 werd Hipparchus vermoord door Harmodius en Aristogiton. - Hipparchus werd ten onrechte als 'tirannendoorder' vereerd. - Hippias' bewind werd strenger en drukkender. - Het verzet nam toe. - In 510 v. Chr. viel het doek voor Hippias. - De aristocratische oppositie was erin geslaagd de Spartanen over te halen tot militaire steun. - Hippias vluchtte naar Perzië. #### Athene in de 6e eeuw v. Chr. - Cleisthenes kwam in 508/7 v. Chr. aan de macht. - Cleisthenes was lid van een van de oudste Atheense families - Cleisthenes dankte zijn overwinning aan het verbond met het 'volk' - Tijdens de turannis was het zelfbewustzijn van de demos gegroeid - Velen bezaten een eigen stuk land en hadden onder de tirannen als hoplieten (zwaarbewapenden) gediend. - Cleisthenes kon niet anders dan de demos ook politieke macht geven. - Cleisthenes verdeelde Attica in tien districten, phylen. - Uit elke phyle werden vijftig mannen benoemd om zitting te nemen in een Raad van Vijfhonderd: de Boulè. - Er werd een groslijst van kandidaten opgesteld. - Via loting werden 50 mensen aangewezen. - De invloed van omkoperij en demagogie moest tegengegaan worden. - De Boulè was verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur en bereidde voorstellen voor de volksvergaderingen voor. - De volksvergadering mocht deze amenderen en ook zelf met voorstellen komen. - De volksvergadering had altijd het laatste woord. - Athene was een democratie, althans wat betreft de manlijke vrije burgers. #### Sparta in de Archaïsche tijd - De Spartanen behoorden tot de groepen Doriërs die zich na de val van de Myceense beschaving in Griekenland gevestigd hadden. - In de 10e eeuw v. Chr. ontstond Sparta, een groepje dorpen in Lakonië. - De oorspronkelijke bewoners werden onderworpen en tot horigen gemaakt. - De Spartanen veroverden het aangrenzende Messenië in de 8e en 7e eeuw v. Chr. - Ook hier werden de bewoners tot horigen gemaakt. - De Spartaanse bevolking werd verdeeld in drie groepen. - De 'echte' Spartanen, de Spartiaten, bezaten burgerrecht. - De bewoners van de naburige steden, de Perioiken (omwonenden) hadden dat niet en waren alleen in hun eigen steden autonoom. - De onderworpen bevolking was geheel rechteloos; zij werden 'Heloten' genoemd. - De Spartiaten vormden een kleine minderheid van de totale bevolking. - Om zich te kunnen handhaven moesten zij dus een doorslaggevend militair overwicht bezitten. - Alles in Sparta was gericht op militaire training en het onderhouden van een sterk leger - De Spartaanse jongens werden op hun zevende jaar bij hun moeder weggehaald en verder door de staat opgevoed tot geharde soldaten. - Het systeem heeft zeker succes gehad. - In de loop van de 6e eeuw v. Chr. ontwikkelde Sparta zich tot de onbetwist sterkste staat van Griekenland. - De gehele Peloponnesus werd overheerst door de Spartanen. - De leiding in de polis berustte feitelijk bij de Gerousia, een raad van achtentwintig mannen die minstens zestig jaar oud moesten zijn. - Er waren twee koningen, maar die hadden weinig politieke macht. - Hun taak was om het leger aan te voeren in tijden van oorlog - De volksvergadering, de Apella, had weinig invloed. - Er werd later nog een college van vijf 'Ephoren' (Opzichters) ingesteld. - Zij werden door de volksvergadering gekozen en oefenden het dagelijks bestuur uit. - Sparta wordt vaak beschreven als een ideale 'mengconstitutie': de monarchie werd vertegenwoordigd door de twee koningen, de aristocratie door de Gerousia en de democratie door de Apella en de Ephoren. #### De Griekse steden in Klein-Azië - De Griekse steden in Jonië, het westelijk kustgebied van Klein-Azië, hadden in de Archaïsche tijd een voorsprong op de steden in Griekenland. - De Griekse steden stonden in de late 7e en 6e eeuw v. Chr. in grote bloei - Contacten met het achterland en overzeese handel speelden hierbij een rol. - Ook op cultureel gebied constateren we een voorsprong. - De eerste filosofen en wetenschappers vinden we in Jonië, te beginnen met Thales van Milete. #### Onderworpen door de Lydiërs. - De Lydische koningen slaagden er in de eerste helft van de 6e eeuw v. Chr. erin de Griekse steden een voor een te onderwerpen. - Rond 560 v. Chr. was dit proces voltooid. - Er veranderde echter weinig voor de Grieken. - Het Lydische regime was niet erg drukkend. - De koningen waren de Grieken welgezind. - De Grieken moesten wel soldaten leveren in oorlogstijd. #### Ingelijfd bij het Perzische rijk - Ten oosten van Lydië was een nieuwe macht opgekomen: Perzië. - Hun eerste koning, Cyrus, had Lydië in zijn vizier. - In 547 v. Chr. versloeg Cyrus de Lydische koning Croesus. - Lydië werd ingelijfd bij het Perzische rijk. - De Griekse steden aan de kust en de eilanden werden daarmee ook ingelijfd. - De Perzische heerschappij was veel drukkender dan de Lydische. - De Grieken moesten belasting betalen aan de Perzische koning. - De Grieken werden geregeerd door tirannen die door de Perzen waren ingezet. #### De Jonische opstand - De weerstand onder de Grieken groeide. - De Grieken kwamen in verzet. - De zogenaamde Jonische Opstand duurde 500 tot 494 v. Chr. - De Joniërs werden in 500-494 v. Chr. verslagen door de Perzen in een zeeslag. - De steden werden weer ingenomen. - Milete werd verwoest vanwege zijn leidende rol in de opstand. - De Perzen beheersten het oostelijk deel van de Middellandse Zee. - De Perzische koning Darius was vastbesloten de Atheners te straffen, die de Joniërs in hun opstand hadden gesteund. - Darius bereidde een expeditie voor en het zag ernaar uit dat hij zijn macht in westelike richting zou uitbreiden. #### De Perzische Oorlogen: 490-480 v. Chr. - In 490 v. Chr. lanceerde de Perzische koning Darius de aangekondigde aanval op Griekenland. - De Perzen landden met hun vloot bij Marathon. - Daar werden ze echter vernietigend verslagen door de Atheners onder aanvoering van Miltiades. - Tien jaar later, in 480, zette Darius' zoon en opvolger Xerxes het werk van zijn vader voort. - Xerxes was vastbesloten Griekenland te onderwerpen. - Xerxes stak de Hellespont over om vanuit het noorden langs de kust Griekenland binnen te trekken. - Een vloot voer met het leger mee. - Onder druk van deze dreiging sloten de meeste Griekse poleis zich aaneen. - Sparta had de leiding over de verenigde Grieken. - De Atheners hadden veel invloed. - De Atheners konden bogen op de reputatie die ze bij Marathon hadden opgebouwd en bovendien beschikten ze over een sterke oorlogsvloot. - De strateeg Themistocles had het initiatief genomen tot de bouw van de Atheense oorlogsvloot - De eerste confrontatie liep slecht af voor de Grieken. - De Grieken wilden de Perzen tegenhouden bij de bergpas van Thermopylae in Midden-Griekenland. - Deze poging mislukte. - Beroemd is de heroïsche strijd van de Spartaanse koning Leonidas en zijn driehonderd Spartanen. - De Spartanen vonden allen de dood, maar door hun hardnekkig verzet hadden zij de rest van het Griekse leger de gelegenheid gegeven zich terug te trekken. - De Perzen konden nu ongehinderd verder trekken. - Attica en Athene waren onbeschermd. - De Atheners evacueerden hun mensen en hun vee naar het nabijgelegen eiland Salamis. - Xerxes verwoestte het verlaten Athene. - De Atheners onder aanvoering van Themistocles vernietigden de Perzische vloot in de baai van Salamis. - Een jaar later, in 479 v. Chr. werd het Perzische landleger verslagen bij Plataeae. - De overwinning van de Grieken was vooral aan het optreden van de Spartanen te danken. #### Athene in de hoofdrol. - De rollen werden omgedraaid na de dreiging van de Perzen. - Het strijdtoneel verplaatste zich naar de kust van Klein Azië. - De Atheners namen de leiding in de strijd. - De Atheners bevrijdden een voor een de Jonische steden van het Perzische juk. - De Atheners bouwden een sterk imperium op: de Attisch-Delische Zeebond - De Spartanen beschikten niet over een vloot van enige betekenis. - Het Spartaanse landleger was nodig om hun positie op de Peloponnesus te handhaven. - De Spartanen waren voortdurend bevreesd voor een opstand van de Heloten - In 464 brak een opstand in Messenië uit, die pas na vier jaar met moeite werd onderdrukt. - Spanningen ontstonden tussen de twee machtsblokken: Athene en Sparta. - In 461 v. Chr. kwam het tot een oorlog - De Atheners moesten twaalf jaar lang op twee fronten vechten: - tegen de Spartanen. - in Jonië tegen de Perzen. - In 449 v. Chr. erkende Perzië eindelijk de vrijheid van de Jonische steden en werd de vrede getekend. - In 446 v. Chr. volgde de vrede met Sparta. - De volgende vijftien jaar (446-431 v. Chr.) vormden het hoogtepunt van de Atheense bloei. - Er was een grote stroom geld. - De Atheners waren in staat kostbare bouwprojecten op te zetten. - De feitelijke leider van Athene was de strateeg Pericles. - Pericles had grote gezag en overtuigingskracht - De volksvergadering stond achter het beleid van Pericles. #### De Peloponnesische Oorlog: 431-404 v. Chr. - De vrede duurde niet lang. - Andere poleis voelden zich bedreigd door de Atheense macht. - Enkele leden van de Attisch-Delische Zeebond, die zich wilde losmaken, werden met harde hand van hun voornemen afgehouden. - Sparta vreesde de Atheense expansiedrift. - Een conflict kon niet uitblijven. - In 431 v. Chr. brak een nieuwe oorlog uit, de zogenaamde Peloponnesische Oorlog. - De Peloponnesische Oorlog was veel heviger dan de vorige. - De gehele Griekse wereld, van Jonië in het oosten tot Sicilië in het westen, ging erin betrokken. - De Spartanen vertrouwden op hun landleger. - De Atheners beheersten de zee. - In 431 v. Chr. trokken de Spartanen voor de eerste keer Attica binnen. - De Spartanen richtten grote schade aan de landbouw aan. - De bevolking werd bijeengebracht binnen de 'lange muren'. - De 'lange muren' zorgden voor de aanvoer van de benodigde voorraden. - Een pestepidemie brak uit in 429 v. Chr. - Pericles viel aan de pestepidemie ten offer. - De Atheners stonden zich staande. - De Atheners bestookten de kust van de Peloponnesus. - De Spartanen hadden te kammen met financiële problemen. - Geen van beide partijen slaagde erin beslissend voordeel te behalen - In 421 v. Chr. werd vrede gesloten. - De Spartanen waren er niet in geslaagd de Atheense machtspositie te breken. - De vrede was meer het karakter van een koude oorlog. - De vrede duurden acht jaar. - Alcibiades, een geniale, maar zeer ambitieuze politicus, kreeg grote invloed in Athene. - In 415 v. Chr. wierp Alcibiades de Atheners tot een gewaagde onderneming: een militaire expeditie naar Sicilië, met de bedoeling ook daar de Atheense macht te vestigen. - Alcibiades werd tot een van de aanvoerders benoemd. - Kort na zijn aankomst op Sicilië werd hij echter teruggeroepen vanwege zijn betrokkenheid bij enkele schandalen waarin de Atheense godsdienst belachelijk werd gemaakt. - Alcibiades durfde het proces niet aan en nam de wijk naar Sparta. - Alcibiades haalde de Spartanen over Syracuse, de belangrijkste stad op Sicilië en inmiddels door de Atheners belegerd, te hulp te komen. - De tweede fase van de oorlog begon in 413 v. Chr. - De oorlog was desastreus voor Athene - Het Atheense leger bij Syracuse werd vernietigd - Op advies van Alcibiades bezetten de Spartanen een vast punt in Attica, het fort Decelea. - De Spartanen ondermijnden de Attische land- en mijnbouw. - De Spartanen zaten in contact met de Perzen op advies van Alcibiades. - De Perzen waren bereid hun financiële steun te bieden in de strijd tegen Athene. - De Spartanen bouwden met het Perzische geld een sterke vloot. - De Atheners behaalden nog successen, maar in 405 v. Chr. was het definitief afgelopen. - De Atheense vloot werd overrompeld door de Spartaanse admiraal Lysander in de slag bij Aigospotamoi aan de Hellespont. - De vrede werd door de Spartanen gedicteerd een jaar later - Athene moest afstand doen van bijna zijn gehele vloot. - De Attisch-Delische Zeebond werd opgeheven. - De lange muren werden afgebroken. - De democratie werd afgeschaft - Een pro-Spartaans oligarchisch bewind kwam voor in de plaats. - Athene had zijn leidende positie verloren. #### De ondergang van de vrije stadstaten: 404-338 v. Chr. - Na 404 v. Chr. was geen van de poleis in staat een hegemonie te vestigen. - Sparta was weliswaar als sterkste Griekse staat uit de oorlog tevoorschijn gekomen, maar was er toch niet op uit een echte leidende positie te verwerven. - Sparta had te weinig soldaten. - Athene herstelde zich snel na de nederlaag. - Het oligarchisch bewind werd omvergeworpen een jaar later - De democratie werd hersteld. - Sparta legde zich hierbij neer. - Athene bleef het belangrijkste economische en culturele centrum van Griekenland. - Thebe kwam als derde macht op. - Thebe stond aan het hoofd van een aantal steden in Boeotië. - De Perzen speelden in de Griekse verhoudingen een niet onbelangrijk rol. - De Perzen steunden nu eens de ene dan weer de andere partij. - Het herstel van de Atheense vloot en de lange muren werden met Perzisch geld bekostigd. - De Perzen liepen weer over naar de kant van Sparta, toen de Atheense macht groeide en opnieuw een bedreiging leek te gaan worden voor de Perzen. #### De slag bij Leuctra in 371 v. Chr. - De Spartanen werden verslagen door de Thebanen onder leiding van de geniale veldheer Epaminondas. - De opdringende Germaanse volkeren waren de Romeinen niet meer in staat te houden. - Omstreeks 400 werd het rijk definitief in tweeën gesplitst. - De West-Romeinse keizers beheersten toen nog slechts Italië en de omliggende eilanden. - In 476 v. Chr. werd de laatste Romeinse keizer afgezet. - Een Germaanse generaal, Odoaker, verhief zichzelf tot koning van de Germanen in Italië. - Het West-Romeinse rijk was ten einde. - Het Oost-Romeinse rijk zou nog de gehele Middeleeuwen door blijven bestaan, tot 1453, toen de hoofdstad, Constantinopel, door de Turken werd ingenomen. ### Rome #### 1 De Koningstijd: 753-509 v. Chr. - Volgens de overlevering werd Rome in 753 v. Chr. gesticht door Romulus en Remus. - Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat enkele heuvels al in de 9e eeuw v. Chr. bewoond werden: de Palatinus, de Quirinalis en de Esquilinus. - Op de Palatinus woonden Latijnen, op de beide andere heuvels Sabijnen. - In de loop van de 7e eeuw v. Chr. moeten deze stammen zijn samengegaan. - De eerste eeuwen van zijn bestaan werd Rome geregeerd door koningen. - De eerste was Romulus, de legendarische stichter. - Volgens de overlevering heeft Numa, de tweede koning, veel gedaan op het gebied van het bestuur en de religie van de nieuwe stad. - De laatste drie koningen waren waarschijnlijk allen Etrus

Use Quizgecko on...
Browser
Browser